top of page
  • Writer's pictureJoost van Ladesteijn

RAAD VAN STATE NIET OVERTUIGD VAN NOODZAAK WETSVOORSTEL “WERKEN WAAR JE WILT”


Op 27 januari 2021 is het wetsvoorstel “Werken waar je wilt” ingediend. Het wetsvoorstel beoogt werknemers meer rechten te geven ten aanzien van de keuze van de arbeidsplaats. Een verzoek van de werknemer om aanpassing van de arbeidsplaats kan de werkgever alleen wegens zwaarwegende redenen weigeren. De dialoog tussen werkgevers en werknemers zou hierdoor meer worden gestructureerd en daardoor ook gefaciliteerd, aldus de initiatiefnemers.


De Afdeling advisering van de Raad van State is in zijn advies van 16 maart 2021 kritisch en stelt vraagtekens bij het uitgangspunt van het wetsvoorstel dat het in beginsel aan de werknemer moet zijn om de arbeidsplaats te bepalen, alsmede dat vragen openstaan waarop eerst antwoord dient te worden verkregen als “goede voorbereiding”.


De initiatiefnemers hebben dezelfde dag gereageerd op dit advies. In een notendop behelst die reactie dat uit divers grootser onderzoek blijkt dat met het wetsvoorstel een urgent probleem wordt opgelost. “Organisatie van arbeid” zou een breed begrip zijn en daarom niet op gespannen voet staan met een recht voor de werknemer de werkgever te verzoeken de arbeidsplaats aan te passen.


Dit proces laat de importantie zien van een orgaan als de Raad van State, juist in deze tijden. Het toetst wat concreet wordt aangevoerd op basis van toepasselijke kaders. Dan kan de Afdeling niet concluderen wat de initiatiefnemers stellen ten aanzien van dit wetsvoorstel.


Dit maakt de reactie van de initiatiefnemers daarop illustratief. Ter onderbouwing wordt verdergaand verwezen naar (macro)onderzoeken of juist (micro)casuïstiek. Het raakt niet het punt van de Afdeling.


Achterliggende thema’s zijn ondergeschiktheid en individuele vrijheid, alsmede de verhouding daartussen. Op basis van dit wetsvoorstel bepaalt de werknemer waar hij werkt, maar is primair de werkgever verantwoordelijk en maakt de kosten. Hij is eventueel aansprakelijk op het vlak van privacy, Arbo of cybersecurity. Analoog en bewust polemisch: een platformwerker van Deliveroo bepaalt of en wanneer hij werkt, maar hij is een schijnzelfstandige en dus een werknemer. En dat terwijl in het kader van een kwalificatievraag het bestanddeel “arbeid” als een constitutief element van de definitie arbeidsovereenkomst niet is vervuld.


Een individueel belang hoeft niet te stroken met een groepsbelang, een ander individueel belang of datzelfde individuele belang op de langere termijn, juist omdat het individuele belang en groepsbelang continu op elkaar doorwerken ten aanzien van zaken als cultuur. De werkgever heeft als primaire taak de organisatie van de arbeid. Een gezichtspunt daarbij is de situatie van enige werknemer.


Kern van het arbeidsrecht is en zal zijn ongelijkheidscompensatie door rechtsbescherming. Accentverschuivingen zullen plaatsvinden. Er is steeds (theoretisch) ruimte voor de dialoog: ingevolge het wetsvoorstel, maar nu ook al. Het belang van werkgevers, werknemers, sociale partners en andere partijen bij doordacht (bijvoorbeeld) thuiswerkbeleid in het verlengde van het aanstaande SER-advies is gegeven reeds als uniform kader in toepassing en handhaving.


Maar er lijkt meer te ontwarren in diverse snel versterkende en op elkaar inwerkende tendensen. Het vertrouwen lijkt tanende dat veel werkgevers oprecht het beste voor hebben met hun mensen. Dit werkt door op zaken als loyaliteit en betrokkenheid. Werkgevers lijken dit beleidsmatig alom te beseffen met het terechte accent op “purpose” in een trend van “profit” naar “value”. “Purpose” feitelijk praktiseren is organisatorisch essentieel. Maar het is de keerzijde daarvan die nu al de dienst geregeld lijkt uit te maken. Zijn gebezigde woorden niet in overeenstemming met wat men doet, dan werkt dit accent per benadrukking averechts en is de (reputatie)schade niet te overzien. De nut en noodzaak van (onder andere het formuleren en communiceren van) beleid staat vast. Een continue dialoog is zeer belangrijk, zoals ook het wetsvoorstel aangeeft. Maar luisteren, en zelfreflectief verantwoordelijkheid nemen zijn op alle niveaus wezenlijk belangrijker. Daar ligt de oplossing naar cultuurbepalend verbindend leiderschap en samenwerking. Daar komt de waarde van beleid en de uitdraging daarvan samen en wordt bepaald of de letter “leeft”. Bij vertrouwen over en weer maakt de arbeidsduur, werktijd, maar ook arbeidsplaats allemaal niet zo veel uit. Die laptop gaat 's avonds open als een uurtje sporten overdag prima is.

bottom of page